220
|
F-pupillen De bekerwedstrijd
Sam had Keje gewenkt. Zo moet dat als je de bal wilt hebben. Vrijlopen
én vragen om de bal. Heeft-ie geleerd van de trainer van de voetbal
school op zondag. In de klas steek je je vinger op als je iets wilt vragen,
had de voetbalschooltrainer gezegd. Op het voetbalveld vraag je de bal
door vrij te lopen en je aan te bieden. Maar let op, haal die twee dingen
niet door elkaar! Want als je gaat vrijlopen in de klas om iets te vragen,
wordt het een zooitje in de klas.
Bijna bij de achterlijn zet Sam zijn linkervoet alvast in de richting van de
baan van het schot. Als zijn standbeen zo staat, is het geven van een
voorzet makkelijk, zo leerde hij van trainer Arnoud. Ook die aanwijzing
was zeer aan Sam besteed. Hij wil niet zozeer weten wát hij allemaal
moet doen, maar hoe. Veel coaches beperken zich tot het wat. Die van
Sam zeggen er ook bij hoe en waarom. Zijn voorzet bereikt Dani, Dani
bereikt Dox en Dox scoort 0-2.
‘Niet pingelen!’, roept de coach van Vlug & Vaardig.
KNVB-tip: laat ze zelf beslissen
Nadrukkelijk, veelvuldig voorzeggen kan op korte termijn
leiden tot meer gewonnen wedstrijden. Op lange termijn
leren kinderen het spel minder goed spelen. Bovendien
beleven sommigen er minder plezier aan. Voetballen is een
complex spel. Kenmerkend voor een spel is dat je keuzes
kunt maken. Dat vraagt iets van de analytische vermogens
en creativiteit van spelers. Help ze die te ontwikkelen
rondom de wedstrijd of tijdens de training, maar laat ze in
de wedstrijd zelf hun keuzes maken en de gevolgen ervan
ondervinden. Geef zo nu en dan een tip hoe ze een situatie
ook hadden kunnen oplossen en complimenteer ze als iets
goed gaat. Heb geduld.