Van alle fabrieken (= procesindustrie) werkt maar een klein deel met
levensmiddelen (= levensmiddelenindustrie).
Elke stad had vroeger wel een aantal kleine brouwerijen, bakkerijen, slachthuizen
en of kaasmakerijen. De eerder genoemde zes beroepen (productontwikkelaar,
operator, kwaliteitsmanager, kwaliteitsmedewerker lab, auditor en
gezondheidsspecialist) zijn vrij nieuw. De procesindustrie bestaat nog niet zo
lang. Vroeger werd er heel anders geproduceerd dan nu. Er werd ambachtelijk
geproduceerd; één persoon voerde alle bewerkingen uit (denk aan een bakker
die van meel zelf brood maakt). In de huidige industrie zijn veel mensen
werkzaam, ieder heeft een specifieke taak. Waar vroeger één persoon alle
bewerkingen op kleine schaal ambachtelijk uitvoerde, vind je tegenwoordig zes
verschillende beroepen.
Veel processen zijn nu geautomatiseerd. Het vraagt veel kennis en een goede
opleiding om met de ingewikkelde machines om te kunnen gaan. Er is veel vraag
naar goed geschoold personeel.
Tegenwoordig kan er sneller en meer geproduceerd worden. De producten zijn
van een betere kwaliteit en meer gericht op de wensen van producent en
consument.