14ZW4DACW - page 8

Zorg & Welzijn serie 2014
8
Competentie E: Samenwerken en overleggen
Werkprocessen:
1.1 staat de zorgvrager te woord en kanaliseert de zorgvraag
(BP 1.2, BP 2.2, BP 3.2,
voortgangsgesprek)
Componenten:
anderen raadplegen en betrekken
Eindgedrag:
Je raadpleegt de behandelaar op tijd bij twijfel over de urgentie.
2.2 assisteert de behandelaar bij de medische handeling
(BP 2.3, BP 3.3)
Componenten:
anderen raadplegen en betrekken
Eindgedrag:
Je overlegt tijdens de behandeling tijdig.
Je overlegt regelmatig tijdens de behandeling.
3.3 stemt de werkzaamheden af
(BP 1.1, BP 1.4, BP 2.4, BP 3.4)
Componenten:
afstemmen
Eindgedrag:
Je overlegt regelmatig met collega’s en/of andere disciplines.
Je overlegt tijdig met de arts en andere disciplines.
Je voert bij onduidelijkheden of twijfel overleg.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
de verschillende vormen van het
communicatieproces
de gezondheidstoestand, en
mogelijke behandeling en/of
(medicatie)therapieën van de
zorgvrager
de werkzaamheden die verricht
moeten worden
de verschillende overlegvormen
beschikbare informatiesystemen
protocollen
apparatuur, materialen, instrumenten
en hulpmiddelen
de principes van samenwerken
verschillende disciplines die
betrokken zijn bij de behandeling en
hun werkzaamheden
verschillende vormen van
informatieverstrekking
vaktermen
methoden van
conflicthantering
vergadertechnieken
360ºC feedback
de regels van de Nederlandse taal
...............................................
behandelaar en collega’s, tijdig
inschakelen en bij de behandeling
betrekken
effectief communiceren tijdens de
behandeling
luisteren naar gevoelens en emoties van
zorgvrager
feedback ontvangen en op constructieve
wijze geven
binnen een vertrouwde context actief
deelnemen aan een discussie en hierin je
eigen standpunten uitleggen
kenbaar maken wat je kwaliteiten,
grenzen en valkuilen zijn
betrokkenheid bij anderen tonen
bijdragen aan een optimaal werkklimaat
een functionele samenwerkingsrelatie
hebben met een zorgvrager en met diens
naasten
het element van beroepshouding ‘respect
tonen voor de cliënt’ integreren bij de
uitvoering van je eigen taken
in teamverband werken
werkzaamheden afstemmen op die van
collega(‘s)
deelnemen aan (multidisciplinair) overleg
gezamenlijk belang stellen boven je eigen
belang
open (naar
anderen)
respectvol
inlevend
zorgvuldig
inlevend
hulpvaardig
coöperatief
motiverend
(voor anderen)
initiatiefrijk
gericht op
feedback
meedenkend
beleefd
...................
I,1,2,3,4,5,6,7 9,10,11,12,13,14,15,16,17,18,...25
Powered by FlippingBook