![Show Menu](styles/mobile-menu.png)
![Page Background](./../common/page-substrates/page0201.png)
D-pupillen
|
199
‘Een kleedkamer? Sinds wanneer moeten wij een kleedkamer in? Déze?’
Jason en Zeno van AFC TABA D4 steken hun hoofd in het deurgat van
kleedkamer 6 van Jong Aalsmeer United. Buiten baden de grasvelden in
de zon, maar hierbinnen valt een somber schijnsel uit hoog weggemetselde
kantelraampjes. De jongens deinzen terug, botsen tegen coach Paul op.
Hij zegt dat ze voor deze ene keer toch naar binnen moeten. In de tochthal
staan een oude bezem en een trekker. Die zijn door de vorige bezoekers
duidelijk niet ter hand genomen. Het moeten bezoekers van lang geleden
zijn geweest – het vuil dat ze ooit op de vloer achterlieten, is aangekoekt.
Veegsel rond het afvoerputje, modderstreken langs de muur. Op hun tenen
bewegen de spelers zich richting de schoonste plekjes op de bank. In de
lugubere doucheruimte achterin kijken ze niet.
‘Paul, mogen we wel thuis douchen?’, vraagt Zeno voorzichtig.
‘We gaan toch nooit de kleedkamer in?’, vraagt Jason.
‘Sorry, jongens. Jullie zitten hier alleen maar even zodat de fotograaf
foto’s van jullie kan maken. Voor het boekje van de KNVB.’
Buiten gniffelen moeders en vaders om de vertoning.
‘Wist jij dat de KNVB zo katholiek was?’
Levensbeschouwelijk gezien is de nationale voetbalbond neutraal van
aard, snapt Paul. Maar tegelijk mag de bond graag enkele goede gebruiken
rond het voetbal onderstrepen. Bij een uitwedstrijd gezamenlijk vanaf de
eigen club vertrekken, ruim op tijd bij de tegenpartij arriveren, ter plekke
omkleden én douchen, na afloop gezamenlijk vertrekken. De clubregels
van TABA schrijven dat ook voor. Hopeloos uit de tijd. Daar hebben
jongeren – en hun ouders – geen tijd meer voor. Het is al mooi als ze
op tijd arriveren. Zeker als ze uit spelen. Aalsmeer? Ligt dat niet ergens
in de Betuwe? Vijftien minuten voor aanvang van de wedstrijd tegen de
koploper zijn nog maar vier man aanwezig.