Table of Contents Table of Contents
Previous Page  251 / 290 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 251 / 290 Next Page
Page Background

D-pupillen

|

251

6. Koppen

Wat?

Met het hoofd doe je een doelpoging

of verplaats je de bal naar een medespeler door

te koppen vanuit stand, te koppen vanuit stand

met een draai, met een sprong recht vooruit te

koppen of te koppen met een sprong vanuit

de draai;

Koppen vanuit stand. Hoe?

Timing: juiste

moment springen naar de bal, juiste moment

raken van de bal. Spanboog: voorafgaand aan

het moment van raken wordt het lichaam naar

achteren gebracht, waarbij de knieën worden

gebogen. Benen: de beweging wordt ingezet

vanuit de benen, knieën strekken. Romp:

beweegt vanuit de spanboog snel naar voren.

Bal wordt geraakt wanneer de romp verticaal

is. Hoofd: kin intrekken, nek gespannen.

Raakvlak: midden van het voorhoofd;

Koppen vanuit stand met een draai. Hoe?

Koppen naar rechts: rechterbeen naar

achteren zetten. Bovenlichaam draait in

koprichting;

Koppen met een sprong, recht

vooruit koppen. Hoe?

Vroegtijdig

afzetten na lange laatste pas.

Afzetbeen terugbrengen in span­

boog. Zwaaibeen blijft naar voren

hoog gebogen. Bal op hoogste punt van de

sprong koppen (dode punt);

Koppen met een sprong vanuit een draai. Hoe?

Koppen naar rechts: afzet met rechterbeen, draai

wordt ingezet. Zwaaibeen ondersteunt de sprong

(hoogte) en de draai (richting). Schouders explosief

indraaien. Bal vanuit spanboog vol raken.