![Show Menu](styles/mobile-menu.png)
![Page Background](./../common/page-substrates/page0099.jpg)
D-pupillen
|
97
6 Escalatie.
Ouders die elkaar te lijf willen gaan, wissel-
spelers die het veld oprennen: paniek! Probeer zelf rust uit
te stralen, want als jij je laat gaan, is het echt afgelopen.
Na jou is er niemand meer. De oplossing? Bij een
opstootje kun je onmiddellijk alle spelers die er niet bij
betrokken zijn, verzamelen in de eigen zestienmeter of
aan de zijkant van het veld. Zo heb je controle over de
spelers en staan ze als één groep bij elkaar. Loop rustig
op de coach van de tegenpartij af. Nooit rennen, dat staat
agressief. Door verantwoordelijkheid te nemen, houd je
vaak onverwacht een leuk contact met de andere coach
over. Voor je het weet, drink je een kopje thee met hem in
de kantine. Als je later weer tegen elkaar speelt, is er
meteen respect;
7 Na de wedstrijd.
Heb in elk geval nog even contact. Een
handdruk, een kort gesprekje over de wedstrijd. Denk aan
je voorbeeldrol. Wat spelers jou zien doen, maakt meer
indruk dan wat je zegt.