138 / 176
138
|
E-pupillen De zaterdagwedstrijd
Eerste analyse
Tijdens een wedstrijd doen zich vele situaties snel achter elkaar voor. Het is soms
lastig om na afloop van een wedstrijd een objectief beeld te hebben van wat er nu
precies goed en minder goed ging. Probeer het beeld niet te laten vertroebelen door
wat je al vindt of denkt. Stel jezelf bij het lezen van de wedstrijd de volgende vragen
over het aanvallen.
1 Als een van mijn spelers de bal heeft, maakt hij dan de juiste keuze als het
gaat om dribbelen, passeren of overspelen?
2 Als we de bal hebben, lukt het dan om een vrijstaande medespeler aan
te spelen?
3 Als we de bal hebben op eigen helft, lukt het dan om een speler op de helft
van de tegenpartij aan te spelen?
4 Als we de bal op de helft van de tegenpartij hebben, lukt het dan om kansen
te creëren?
5 Als een speler in kansrijke positie de bal krijgt, lukt het hem dan om te scoren?
Stel jezelf de volgende vragen over het verdedigen:
1 Als een speler van de tegenpartij de bal heeft, lukt het ons dan de bal af
te pakken?
2 Als we verdedigen op de helft van de tegenpartij, lukt het dan om te voorkomen
dat ze een speler kunnen aanspelen op onze helft?
3 Als we op eigen helft verdedigen, lukt het dan te voorkomen dat de tegenpartij
kansen krijgt?
4 Als een tegenspeler in kansrijke positie de bal krijgt, lukt het dan een doelpunt
te voorkomen?
Na de eerste 25 minuten heb je veel waargenomen. Je hebt je geen hard oordeel
gevormd of ‘goede’ of slechte’ acties. Dat hebben de betrokken spelers zelf al lang
aangevoeld. In plaats daarvan maak je een keuze voor een beperkt aantal accenten
dat je tijdens het spel, in de rust, na afloop of tijdens de training aan de orde laat komen.