Previous Page  164-165 / 182 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 164-165 / 182 Next Page
Page Background

is gezond

LEREN IN DE JUISTE VERSNELLING

EEN BEWEGINGSRIJKE OMGEVING CREËREN:

Hoe vaak en hoe lang zitten leerlingen tijdens een schooldag?

Wat voor beweging krijgen ze eigenlijk en wat hebben zij nodig

om gezond en fit te worden en te blijven? Kunnen we op school

een bijdrage leveren aan een gezonde leefstijl en waar moeten

we dan op letten? Een aanpak met bewegen als doel en als

middel heeft positieve effecten tot gevolg op het lichamelijke,

maar ook op het cognitieve vlak. De opbrengst is dat leerlingen

fitter zijn, een positieve bijdrage leveren aan hun gezondheid

en beter presteren op schoolvaardigheden.

HOUD DE MOTOR DRAAIENDE

Om het arsenaal aan bewegingen beter te begrijpen, kunnen we

zitten en fysieke activiteiten het best vergelijken met de versnellingen

in een auto: zitten is vergelijkbaar met ‘de achteruit’. Alle processen

in het lichaam gaan achteruit.

ELKE 30-60 MINUTEN EVEN STAAN

Kinderen zitten meer op school dan een volwassene op het werk.

Als we de jeugd gezonder willen laten opgroeien en oud laten worden,

moeten we ze al vroeg leren dat zitten wordt afgewisseld met

beweging. En, hoe vaak moeten we dan gaan staan? De huidige

inzichten laten zien dat het onderbreken van het zitten iedere

30-60 minuten moet gebeuren. Tijdens deze onderbrekingen is

het belangrijk de grote spiergroepen van de benen te gebruiken.

Dat kan onder andere door te gaan staan of te gaan lopen.

Lees het hele artikel op

jsw-online.nl

Bewegen

Zitten is de norm in de klas. Steeds meer kinderen

(en volwassenen) hebben echter moeite om te voldoen

aan de normen voor gezond bewegen. Niet alleen tijdens

bewegingsonderwijs kunnen leerlingen bewegen,

gedurende de hele dag kan er bewogen worden.

Met simpele ingrepen kunt u al een groot

resultaat bereiken.

en je brein

Bewegen

Professor Erik Scherder (1951) is als hoogleraar

Klinische Neuropsychologie verbonden aan de Vrije

Universiteit. Hij won meerdere keren de VU Onderwijsprijs.

De jury schreef onder meer: “Erik is een van de weinige

docenten waarbij studenten zo goed als alle colleges hebben

gevolgd. Hoe leuk de vorige avond ook was, hoe laat het ook

is geworden, de colleges van Scherder sla je niet over.”

Onlangs was Professor Erik Scherder te gast in een televisie-

programma waarin hij vertelde over de invloed van bewegen op je

brein. Een interessant verhaal dat we voor u hebben samengevat.

Als je beweegt gaat je hart het beter doen, wat weer zorgt voor

een betere doorbloeding van je brein. Je brein bestaat uit

twee soorten stof: grijze stof (de hersengebieden) en witte stof

(de hersenverbindingen). Beide zijn afhankelijk van doorbloeding.

De witte stof is het meest afhankelijk van doorbloeding en werkt

als het ware als een soort baansysteem dat op grote afstand

gebieden met elkaar verbindt.

De witte stof is enorm belangrijk voor de cognitieve flexibiliteit

en werkt als remming voor je geheugen. Het werkgeheugen van

de mens is namelijk beperkt. Je remt af wat irrelevant is, je filtert

als het ware dat wat van belang is er uit. Zonder deze remming

zou er te veel op je af komen en kun je niet goed onthouden.

(Extra) bewegen, de beweegnorm halen, zorgt er voor dat je

remmend vermogen optimaal is. Een actieve leefstijl creëert

een positief effect op je remmend vermogen en dus op je

cognitieve flexibiliteit.

Extra bewegen

creëert een

positief effect

op de cognitieve

flexibiliteit

(het geheugen)

Bijna driekwart van de kinderen

VOLDOET NIET

AAN DE

COMBINORM

INVLOED VAN BEWEGEN OP HET BREIN

PROFESSOR ERIK SCHERDER OVER DE

162

163