23
PROEVE 2
voldoende
goed
onvoldoende
Bewijsstukken Kwalificerend (vervolg)
Specifieke bewijsstukken:
Werkprocessen Competenties
J.
Bewijsstuk over jouw handelen volgens de geldende
procedures in een onvoorziene situatie.
1.9
E - T - V
K.
De sociale netwerkkaart, plan van aanpak en de
evaluatie + feedback.
1.5
C - D
L.
Zelfgekozen bewijsstuk van het gesprek met de
mantelzorger of naaste en de evaluatie.
1.5
C - R
M.
Het profiel van de groep, het sociogram, het zelfgekozen
bewijsstuk van de activiteit en de evaluatie op als
bewijs.
(GGZ, VGZ, Verpleeghuis, Verzorgingshuis)
1.6
C - U
Of
M.
Een beschrijving van de hulpverlenende instanties, het
plan van aanpak, een zelfgekozen bewijsstuk van de
uitvoering van de begeleiding en de evaluatie.
(Kraamzorg, Thuiszorg)
1.5
R
N.
Observatielijst grensoverschrijdend gedrag.
1.2
J
O.
Samenvatting over twee zorgvragers met
grensoverschrijdend gedrag + feedback.
1.2
1.11
E - F - R
M
P.
Casus over grensoverschrijdend gedrag plus vragen plus
feedback op het intervisiegesprek.
1.5
1.9
1.11
R
T
D
Q.
De pijnanamnese, beschrijving van de oorzaak, beleving,
plan en rapportage van je zorg aan twee zorgvragers met
pijn.
1.5
1.9
1.10
D - R
T
E - Q
R.
Een begeleidingsplan voor twee zorgvragers met
verlieservaringen, de uitvoering en de evaluatie.
1.2
1.5
1.10
F
C
E - Q
Aanvullende of vervangende bewijsstukken:
Werkprocessen Competenties
Cesuur
In deze proeve zijn de competenties binnen de werkprocessen op het vereiste beheersingsniveau aangetoond.
ja
nee