28
Constructiewerker
je competentieontwikkeling bij deze stap
werkprocessen en competenties
d a g
1.2
Machines en
gereedschap-
pen in- en
afstellen
k Vakdeskundigheid toepassen
Je gebruikt je kennis van machines en gereedschappen om het in- en afstellen van machines
en gereedschappen vakkundig uit te voeren.
Het resultaat is zo dat de instellingen en parameters voldoen aan de eisen van het te maken
product.
l Materialen en middelen inzetten
Je kiest, controleert en gebruikt materialen, middelen en gereedschappen die nodig zijn voor
het verplaatsen, bewerken en vervormen van het materiaal.
Je zorgt ervoor dat machines en gereedschappen goed in- en afgesteld zijn.
t Instructies en procedures volgen
Je past de geldende bedrijfsregels en procedures toe bij het in- en afstellen van machines en
gereedschappen.
Het resultaat is zo geconstrueerd dat de instellingen en parameters voldoen aan de eisen van
het te vervaardigen product.
1.3
bewerken en
vervormen van
materiaal
k Vakdeskundigheid toepassen
Je bewerkt en vervormt het materiaal vakkundig en nauwkeurig volgens tekeningen,
bewerkingsinstructies, bedrijfsregels en Arbo-voorschriften.
l Materialen en middelen inzetten
Je gebruikt en draagt zorg voor materialen, middelen en gereedschappen die nodig zijn voor
het bewerken en vervormen van het materiaal,
zodat
het werk veilig kan worden uitgevoerd.
1.5
begeleiden
van minder
ervaren
collega´s
C begeleiden
Je geeft duidelijke adviezen, instructies en uitleg aan minder ervaren collega’s over hoe de
werkzaamheden aangepakt moeten worden.
k Vakdeskundigheid toepassen
Je legt het samenbouwen van deelproducten begrijpelijk uit, demonstreert dit en controleert
of het begrepen is.
1.6
Meten, testen
en controleren
van
vervaardigde
producten
j formuleren en rapporteren
Je legt de meetresultaten vast op de juiste formulieren.
l Materialen en middelen inzetten
Je gebruikt en draagt zorg voor meetgereedschappen, materieel en persoonlijke
beschermingsmiddelen die nodig zijn voor het meten en controleren van de vervaardigde
producten.
t Instructies en procedures opvolgen
Je hanteert de voorgeschreven meetmethoden en meetinstrumenten.
1.7
Afronden van
werkzaam-
heden m.b.t.
product-
vervaardiging
f ethisch en integer handelen
Je houdt rekening met je omgeving en maakt de werkplek schoon en voert het afvalmateriaal
gescheiden af (neemt Arbo-, veiligheid- en milieuvoorschriften in acht).
l Materialen en middelen inzetten
Je gebruikt de juiste middelen om de producten en de werkplek schoon te maken,
zodat
de producten niet worden aangetast.
t Instructies en procedures opvolgen
Je vult alle juiste formulieren in met de correcte informatie volgens voorgeschreven
bedrijfsprocedures,
zodat
de gegevens verwerkt kunnen worden.
staP 3