Table of Contents Table of Contents
Previous Page  209 / 290 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 209 / 290 Next Page
Page Background

D-pupillen

|

209

Teamtaak D-pupillen (2): omschakelen

Wat is omschakelen?

D-pupillen leren dat ze na balverlies

snel weer moeten meedoen om een tegenaanval te voor­

komen. Na verovering van de bal moeten ze snel een aanval

zien op te bouwen en tegelijk de bal in het team zien te

houden;

Welke voetbalhandelingen horen daarbij?

Bij balverlies

stappen D-pupillen snel over het ‘treurmoment’ heen.

Spelers dichtbij de bal blijven nuttig, zetten direct druk op

de speler met bal, anticiperen op een lange bal. De rest van

het team komt snel in positie. Na verovering van de bal kijkt

iedereen of er direct een kans is te creëren door de bal snel

diep te spelen – of toch balbezit te houden en te komen tot

een goede opbouw.

Teamtaak D-pupillen (3): VERDEDIGEN

Wat is verdedigen?

Alle D-pupillen op het veld leveren een

bijdrage aan het voorkomen van doelpunten. Ze werken ook

daarin samen. Ze maken met elkaar de ruimte klein, in de

lengte en breedte van het veld. Ze houden onderlinge afstan­

den klein en schieten elkaar te hulp. Ze proberen druk op de

speler met de bal te krijgen en te houden. Ze dekken kort, in

de buurt van de bal. Ze handelen binnen de spelregels;

Welke voetbalhandelingen horen daarbij?

D-pupillen

schatten het handelen van tegenstander en medespeler beter

in. Ze bewegen zich bij het verdedigen naar de bal toe

(pressen), naar het eigen doel toe (inzakken) of van de

zijkanten af (knijpen). Ze houden druk op de tegenstander,

dekken scherp in de omgeving van de bal, geven rug- en

ruimtedekking verder van de bal af – en hebben daarbij geen

overtredingen nodig. De tackle, de sliding, het blokkeren, het

koppen en het jagen staan centraal. Het gaat erom die

handelingen vanuit de juiste positie, op het juiste moment, in

de juiste richting en met de juiste snelheid uit te voeren.

D-pupillen stemmen die handelingen onderling goed af.