Apothekersassistent
Competentiewijzer
19
Competentie S: Kwaliteit leveren
Werkprocessen:
1.3 Handelt recepten af
(BP 1.1, BP 2.1, BP 3.1)
Componenten:
systematisch werken, kwaliteitsniveaus halen
Eindgedrag:
Je werkt bij de receptafhandeling strikt volgens geldende kwaliteitsnormen.
Je pakt het gereedmaken, controleren en verpakken ordelijk en systematisch aan.
Je richt jezelf tot het detailniveau op het leveren van werk van hoge kwaliteit.
Je doet er alles aan om de afhandeling van het recept in een keer goed en correct uit te voeren.
2.1 Bereidt geneesmiddelen uit grondstoffen
(BP 2.3, BP 3.3 en voortgangsgesprek)
Componenten:
systematisch werken, kwaliteitsniveaus halen
Eindgedrag:
Je richt je op het in een keer goed en correct bereiden van geneesmiddelen.
Je kent en hanteert de geldende kwaliteitseisen van de apotheek.
2.2 Past handelspreparaten aan
(BP 2.3, BP 3.3)
Componenten:
systematisch werken
Eindgedrag:
Je anticipeert op mogelijke verstoringen in de voortgang van het werk.
Je pakt het werk op een ordelijke en systematische wijze aan.
Je benadert het werk zorgvuldig.
Je werkt zoveel mogelijk volgens beproefde methoden en bestaande kwaliteitsnormen.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
•
•
de kwaliteitseisen bij de betreffende
werkzaamheden van de organisatie
•
•
kwaliteitsnormen GMP, FNA en NAN
•
•
de methoden van bewaking/
bevordering van de kwaliteit van de
uitoefening van het beroep
•
•
de algemene kwaliteitseisen van
diverse toedieningsvormen
•
•
rekenvaardigheden met betrekking
tot getallen, doseringen, omrekenen
hoeveelheden, toepassen
schaalveranderingen, Internationale
Eenheden, verhoudingen
•
•
het werkveld
•
•
feedbackvaardigheden
•
•
de Nederlandse taal
•
•
...............................................
•
•
de kwaliteitseisen van de eigen
organisatie toepassen
•
•
de kwaliteit van de zorgverlening bewaken
en verbeteren
•
•
knelpunten tijdig signaleren en
rapporteren
•
•
werkzaamheden verrichten die voldoen
aan de kwaliteitseisen die het beroep en
de organisatie aan jou stellen
•
•
werken volgens procedures
•
•
een reële inschatting maken wanneer je
anderen in moet schakelen of om advies
moet vragen
•
•
nieuw geleerde competenties toepassen
•
•
feedback geven en ontvangen
•
•
inspelen op de behoefte van het werkveld
•
•
Nederlandse spreek– en
schrijfvaardigheden toepassen
•
•
tijdens stress kwaliteitseisen handhaven
•
•
.......................................................
•
•
doelgericht
•
•
planmatig
•
•
proactief
•
•
motiverend
•
•
stimulerend
•
•
kwaliteitsbe-
wust
•
•
zorgvuldig
•
•
innovatief
•
•
nauwgezet
•
•
...................