00670580004 - page 19

4.2 Persoonl i jk Act ivi tei ten Plan (PAP) en planning
Wat doe je?
Je onderzoekt wie er betrokken zijn bij je examen en welke
rol zij spelen. Ook zorg je ervoor dat je weet wanneer welke producten
beoordeeld worden en door wie. Zo krijg je een goed inzicht in wat er in
deze periode van je wordt verwacht en wat je gaat doen.
Wat lever je in?
Als je weet wat er van je wordt verwacht, schrijf je
een PAP. In dit plan leg je vast in welke periode je de opdrachten gaat
uitvoeren en welke activiteiten daarbij horen. Je zorgt ervoor dat je weet
wie er betrokken zijn bij het maken en beoordelen van de opdrachten en
wat je moet inleveren.
Bijlage 2 bevat een formulier om een PAP te maken. Je beantwoordt daarin
de volgende vragen:
• Wat ga ik precies doen bij welke opdracht?
• Welke producten moet ik maken en door wie worden ze beoordeeld?
• Welke werkprocessen en competenties horen daarbij?
• Wie zijn er betrokken bij het maken van de opdrachten en de beoor-
deling ervan?
• Welke beoordelingsmethoden worden gebruikt bij de competenties en
wie zijn daar bij betrokken?
• Waar maak ik de opdrachten? Welke doe ik in de praktijk en welke op
school?
• Wanneer voer ik de opdrachten uit? Wanneer lever ik de producten
in en wanneer worden deze beoordeeld? Wanneer lever ik alle
bewijsstukken in en worden eventuele presentaties en beoordelings-
gesprekken gehouden?
Je maakt een PAP per kerntaak. In overleg met je begeleiders leg je vast
in welke volgorde je de opdrachten uitvoert. Bij een PAP lever je ook een
planning.
Als je Persoonlijk Activiteiten Plan is ondertekend door je begeleiders, dan
ben je klaar met de voorbereiding en kun je beginnen met het maken van
de opdrachten.
19
Hoofdstuk 4. Voorbereiding
I...,9,10,11,12,13,14,15,16,17,18 20,21,22,23,24,25,26,27,28,29,...146
Powered by FlippingBook