Millieu Compact 2014#6 - page 16

milieu
compact
16
besluit ten onrechte niet zijn toegezonden. Daartoe
voert de gemeente Riemst aan dat artikel 3:12 van
de Awb extraterritoriale werking mist, zodat haar het
ontwerpbesluit en het besluit hadden moeten wor-
den toegezonden. Uit de uitspraak van de Afdeling
van 15 augustus 2012 in zaak nr. 201101170/1/A4
kan worden afgeleid dat artikel 3:12 van de Awb ook
toepassing vindt wanneer buiten Nederland gevol-
gen van de inrichting waarop het te nemen besluit
betrekking heeft, kunnen worden ondervonden. Dat
geldt dan ook voor artikel 3:44, lid 1, aanhef en on-
der a, van de Awb waarin de artikelen 3:11 en 3:12
van overeenkomstige toepassing worden verklaard
op besluiten die zijn voorbereid met toepassing
van afdeling 3.4 van de Awb. Het college was in-
gevolge deze bepalingen derhalve verplicht om ook
voor zover de effecten van de inrichting van Enci
in België kunnen worden ondervonden voorafgaand
aan de terinzagelegging op geschikte wijze kennis
te geven van het ontwerp onderscheidenlijk het
besluit. Het college heeft aan deze verplichtingen
gevolg gegeven door kennisgevingen te doen in
het Nederlandstalige dagblad Belang van Limburg
en het Franstalige dagblad La libre Belgique. Deze
dagbladen kennen een ruim verspreidingsgebied,
waaronder de gemeente Riemst. Naar het oordeel
van de Afdeling is daarmee in zoverre voldaan aan
hetgeen is bepaald in artikel 3:12, lid 1 van de Awb
en artikel 3:44, lid 1, aanhef en onder a van de Awb.
zie ww.RaadvanState.nl; ABRS 05-02-2014,
nr. 201001848/1/A4 en 201300528/1/A4
HANDHAVING
Nieuwe werkwijze advies
gelijkwaardigheid Activiteitenbesluit
Kenniscentrum InfoMil gaat het bevoegd gezag
op een andere manier helpen bij het beoordelen
van gelijkwaardigheid. De Werkgroep beoordeling
gelijkwaardigheid Activiteitenbesluit kon tot nu toe
veel verzoeken niet in behandeling nemen, omdat
ze onvolledig waren. De nieuwe werkwijze sluit be-
ter aan bij de vragen van het bevoegd gezag. Het
Activiteitenbesluit verplicht bedrijven milieumaatre-
gelen toe te passen. Het besluit schrijft specifieke
maatregelen voor, maar een bedrijf kan ook een al-
ternatief toepassen. Het bevoegd gezag beoordeelt
of het alternatief gelijkwaardig is. Bij deze beoorde-
ling kan het bevoegd gezag hulp krijgen. Deze hulp
kan het bevoegd gezag krijgen van de helpdesk van
InfoMil of van een deskundigenpool. Het bevoegd
gezag kan met vragen over de eerste beoordeling
van een gelijkwaardige maatregel terecht bij de
helpdesk van InfoMil. Denk daarbij aan vragen als
‘Kan dit alternatief überhaupt gelijkwaardig zijn?’ en
‘Wat moet het bedrijf voor deze alternatieve maatre-
gel aanleveren om gelijkwaardigheid te kunnen be-
oordelen?’ De Deskundigenpool gelijkwaardigheid
Activiteitenbesluit adviseert het bevoegd gezag in
een latere fase van de toetsing. Het bevoegd gezag
heeft dan alle benodigde gegevens van het bedrijf
ontvangen en heeft zelf een oordeel gevormd over
de gelijkwaardigheid. Het bevoegd gezag kan het
conceptbesluit over gelijkwaardigheid voorleggen
aan de Deskundigenpool gelijkwaardigheid Activi-
teitenbesluit. De deskundigenpool toetst of zij het
eens is met het conceptbesluit, aan de hand van
de motivatie van het bevoegd gezag en de over-
gelegde stukken van het bedrijf. De deskundigen-
pool beoordeelt ook regio-overstijgende vraag-
stukken. Dit zijn ingewikkelde vragen die breder
spelen in het land. Meer informatie vindt u op de
pagina Gelijkwaardige voorziening van InfoMil.
Nieuwsbericht InfoMil, 7-3-2014
Grote verbeterslag Activiteitenbesluit
Internet Module
Met de release van 1 maart 2014 is de Activiteiten-
besluit Internet Module (AIM) aangepast aan de wij-
zigingen van het Reparatiebesluit. Daarnaast is de
vragenboom op een aantal punten verbeterd. De
keuzemogelijkheden bij afvalstoffen, opslaan van
stoffen en lozingen van afvalwater zijn beter herken-
baar en begrijpelijker geformuleerd. Het Reparatie-
besluit wijzigt onder andere het Activiteitenbesluit, de
Activiteitenregeling en het Besluit omgevingsrecht.
Met de release van 1 maart 2014 zijn deze wijzi-
gingen verwerkt in de AIM. De AIM is een digitaal
hulpmiddel dat de soms complexe juridische werke-
lijkheid moet vertalen in voor bedrijven herkenbare
en begrijpelijke vragen en antwoorden. Uit diverse
onderzoeken naar de werking van het Activiteiten-
besluit is gebleken dat de AIM een zeer nuttig hulp-
middel is. Bedrijven vinden de AIM vaak wel lastig
in te vullen, omdat vragen en antwoorden niet altijd
helder geformuleerd zijn. Via het AIM-gebruikerspa-
nel is bekeken welke vragen en antwoorden in de
praktijk tot de meeste interpretatiekwesties leiden.
Daarbij werden vooral de vragen over de volgende
onderwerpen als complex ervaren: afvalstoffen, op-
1...,6,7,8,9,10,11,12,13,14,15 17,18,19,20,21,22,23,24
Powered by FlippingBook