VERPLEEGKUNDIGE - Fase 1, 2 EN 3
32
Competentie K: Vakdeskundigheid toepassen (vervolg)
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
•
•
de specifieke wet- en regelgeving
in het dagelijks werk (BIG, BOPZ,
Arbo, WGBO, WBP, klachtrecht,
medezeggenschap, bewindvoering) het
sociale netwerk van de zorgvrager
•
•
algemene beginselen van
gedragswetenschappen, sociologie en
psychologie
•
•
het sociale netwerk van de zorgvrager
•
•
de theorie over de basiszorg
•
•
de theorie over bedcomplicaties
•
•
de observatie- en
signaleringstechnieken
•
•
de specifieke kenmerken van palliatief
terminale zorg
•
•
theorie rondom stervensbegeleiding
•
•
theorie rondom rouwverwerking
•
•
de werkzaamhedenm.b.t. de
(palliatieve) zorgverlening
•
•
verschillende communicatietechnieken
•
•
het cyclisch proces vanmonitoren
•
•
het verpleegproces
•
•
het verpleegdossier
•
•
hulpmiddelen bij het formuleren van
de verpleegkundige diagnose, het
verpleegprobleem, het verpleegdoel en
de planning
•
•
verschillende evaluatievormen
•
•
verpleegtheorieën
•
•
rapportagesystemen en -methoden
•
•
de risicosignalen ten behoeve van de
veiligheid van de zorgvrager en zijn
omgeving
•
•
systemen van risicosignalering
•
•
de EHBO
•
•
de gevaarscriteria
•
•
verschillende pijnanamneses
•
•
de procedures rond ontslag, overdracht
en beëindigen van de zorgverlening
•
•
de eisenm.b.t. Nederlands op 3F
•
•
de theorie en protocollen van de
verpleegtechnische handelingen bij
verschillende zorgcategorieën:
–– reanimeren
–– wondverzorging
–– sondevoeding
–– stoma
–– blaaskatheter en orgaanspoelingen
•
•
collega’s, mantelzorger/naasten, wettelijk
vertegenwoordiger, vrijwilligers en andere
disciplines tijdig inschakelen en actief bij
de zorg betrekken
•
•
een functionele samenwerkingsrelatie
hebbenmet een zorgvrager enmet diens
naasten
•
•
het element van beroepshouding ‘respect
tonen voor de zorgvrager’ integreren bij de
uitvoering van de eigen taken
•
•
24-uurs zorg leveren
•
•
voortdurend veranderingen in de
gezondheidstoestand en het welbevinden
van de zorgvrager monitoren
•
•
observatietechnieken effectief toepassen
•
•
observatiegegevens rapporteren in de
beschikbare informatiesystemen
•
•
de zorg afstemmenmet betrokkenen en
verwerken in het verpleegplan
•
•
EHBO toepassen
•
•
reageren op de risicosignalen ten behoeve
van de veiligheid van de zorgvrager en zijn
omgeving
•
•
vaardigheden toepassen ten behoeve van
de palliatief terminale zorg
•
•
zorgvragers in het rouwproces
ondersteunen
•
•
verwijzen naar andere hulporganisaties en
lotgenotencontacten
•
•
een eindevaluatie schrijven ten behoeve
van ontslag, overdracht en beëindigen van
de zorgverlening
•
•
een verslag, overdracht schrijven op
Nederlands 3F
•
•
t.a.v. de voorbehouden handelingen:
–– de zorgvrager inlichten over de
handeling en eventuele consequenties
en risico’s
–– verpleegtechnische handelingen
uitvoeren volgens geldende richtlijnen
en wettelijke voorwaarden
–– verpleegtechnische handelingen volgens
geldende protocollen uitvoeren
–– bijsluiters lezen
–– handelingsschema’s lezen en uitvoeren
–– rekenen op het niveau 3F
–– rapporteren aan betrokkenen