CZW20120023 - page 33

COMPETENTIEWIJZER
31
Competentie K: Vakdeskundigheid toepassen (vervolg)
Werkprocessen:
2.1Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
(BP 2.1, BP 3.3, Proeve
fase 3)
Componenten:
expertise delen
Eindgedrag:
Je werkt aan je deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep.
Je leest vakliteratuur, volgt bijscholingen en voert je werkzaamheden uit volgens de daar geleerde kennis en
vaardigheden.
Je vraagt feedback over je eigen functioneren en geeft feedback aan anderen.
Je stelt samenmet je leidinggevende een persoonlijk ontwikkelplan op en voert dit uit.
Je neemt deel aan inhoudelijke discussies met collega’s en anderen over het beroep en levert zo een bijdrage
aan visieontwikkeling van het beroep en de beroepsuitoefening en draagt deze visie ook uit aan anderen.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
de oorzaken, verschijnselen en
gevolgen van gezondheidsklachten,
veel voorkomende ziektebeelden
of stoornissen, beperkingen en
functioneringsproblematiek van de
zorgvragers binnen je branche/BPV
de lichamelijke, psychische en sociale
gevolgen van behandeling, therapie,
onderzoek of chirurgische ingreep
de gezondheidstoestand van de
zorgvragers binnen je branche/BPV
de behandeling en
(medicatie)therapieën en de
achtergronden zoals het levensverhaal
resp. voorgeschiedenis van de
zorgvragers binnen je branche/BPV
de inhoud van het zorgproces
hulpmiddelen bij het formuleren van
het verpleegkundige diagnose, het
verpleegprobleem, het verpleegdoel en
de planning
verschillende evaluatievormen
de inhoud van het verpleegdossier
de verpleegkundige theorieën
verschillende technieken om gegevens
te verzamelen zoals: observeren,
vragen stellen
de theorie over anamneses
de taken, verantwoordelijkheden,
grenzen van het beroep
bijwerkingen vanmedicatie
de bronnen waar aanvullende
informatie over de zorgvragers uit je
branche/BPV te vinden is
op systematische wijze vragen stellen en
doorvragen
een anamnesegesprek voeren
gericht observeren en rapporteren
ordening aanbrengen in verkregen
informatie en deze analyseren,
interpreteren en beoordelen
de vragen, behoeften en verwachtingen
van de zorgvrager binnen je branche/BPV
in beeld brengen
actief luisteren, vragen verhelderen
en de zorgvrager helpen bij de
zorgvraagformulering
met de zorgvrager het verpleegplan
bespreken en hierover overeenstemming
bereikenmet de zorgvrager en betrokkenen
de gevolgen of consequenties van het
verpleegplan duidelijk maken aan de
zorgvrager
activiteiten plannen en uitvoeren
overleggen over onvoorspelbare, zeer
complexe situaties met ervaren collega’s of
leidinggevende
gebruik maken van geldende protocollen en
richtlijnen
hoofd- en bijzaken scheiden
omgaanmet digitale patiëntendossiers
mondeling en schriftelijk rapporteren
met behulp van het gehanteerde systeem
binnen je BPV
communiceren op 3F niveau Nederlands
verpleegkundige zorg verlenen die is
afgestemd op de specifieke behoeften
van de zorgvragers binnen je branche/
BPVmet midden- en hoogcomplexe
zorgproblematiek
open
zorgvuldig
reflectief
leergierig
nieuwsgierig
kritisch
...................
1...,23,24,25,26,27,28,29,30,31,32 34,35,36,37,38,39,40,41,42,43,...54
Powered by FlippingBook