![Show Menu](styles/mobile-menu.png)
![Page Background](./../common/page-substrates/page0237.jpg)
D-pupillen
|
235
1 speelt in de eigen zone en kiest positie tussen tegenstander
en eigen doel;
2 dekt kort in de buurt van de bal, houdt druk op de
balbezittende tegenstander, voorkomt een
dieptepass en laat niet uitspelen;
3 doet op het juiste moment een aanval op de
bal of houdt de tegenstander op;
4 is in de duels scherp (op het juiste moment)
en sterk (op de juiste manier);
5 geeft rugdekking naar de kant van de bal
toe en neemt ruimte weg;
6 vangt de inschuivende centrale verde
diger van de tegenpartij op;
7 biedt, als op de bal wordt gejaagd,
geen ontsnappingsmogelijkheid;
8 voorkomt na balverlies een dieptepass,
houdt druk op de bal, komt snel in
positie, dekt de directe tegenstander,
geeft snel rugdekking;
9 kijkt na verovering van de bal of direct
een dieptepass mogelijk is op diep
gaande spelers. Als die buitenspel
staan, maakt hij zelf een loopactie in
de diepte en omzeilt zo buitenspel. Hij
waaiert uit en speelt positiespel;
10 kiest de juiste positie, stelt zich niet te
diep op, is dienend ten opzichte van
de centrale spits;
11 creëert ruimte om tot goed positiespel
te komen;
12 loopt niet onnodig met de bal ter
voorkoming van balverlies;
13 neemt geen risico’s met breedte
passes;
14 komt in scoringspositie, duikt op in het
strafschopgebied of kiest positie voor
de afvallende bal;
15 maakt doelpunten.
De Centrale MiDDenvelDer (10)