40 / 40
6.7
Reflectie op de stellingen
191
deze mogelijkheden is het veel moeilijker de talenten en de zone van naaste
ontwikkeling (het ontwikkelingsperspectief) in te schatten.
6
Een dynamische leeromgeving is vooral geschikt voor cognitief sterke leerlingen;
cognitief zwakke leerlingen raken ervan in de war.
Deze stelling probeert een discussie te ontlokken over onderzoek naar soci-
aal-constructivistisch onderwijs. Dit boek probeert te laten zien dat de princi-
pes van talentontwikkeling en de uitwerkingen daarvan juist voor alle kinderen
betekenisvol zijn en juist niet tot verwarring maar tot structuur (bijvoorbeeld
via het cyclisch werken) leiden.
7
Opbrengsten kunnen het beste worden gemeten tijdens de uitvoering van een taak.
Het is gebruikelijk opbrengsten te meten in een toets. In dit boek pleiten we
ervoor vooral naar het handelen zelf te kijken, zodat dynamische principes, zo-
als met name variabiliteit, zichtbaar worden. Dat geeft een veel nauwkeuriger,
op het individu toegesneden beeld.