ONDERWIJSASSISTENT - Fase 1, 2 EN 3
18
Competentie Q: Plannen en organiseren
Werkprocessen:
2.2 Assisteert bij het organiseren van activiteiten (BP 2.1, BP 2.2, Proeve fase 2)
Componenten:
activiteiten plannen, tijd indelen
Eindgedrag:
Je plant en regelt de organiserende en administratieve werkzaamheden ten behoeve van het evenement in een
logische volgorde, waarbij de tijd effectief en efficiënt ingedeeld wordt.
Je houdt daarbij rekening met de mogelijkheden, omstandigheden, beschikbare tijd en afspraken, zodat de
activiteiten effectief en efficiënt worden georganiseerd.
3.3 Stemt de werkzaamheden af (BP 3.1, Proeve fase 3)
Componenten:
doelen en prioriteiten stellen
Eindgedrag:
Je houdt rekening met de haalbaarheid van je werkzaamheden in tijd en kwaliteit, gericht op een uitvoerbaar
takenpakket.
Kennis. Je kent
Vaardigheden. Je kunt
Houding. Je bent
•
•
planningsmethoden zoals:
–
–
plan-doe-check-act
–
–
werkplan
–
–
draaiboek
–
–
evenementen, (interculturele)
feesten,
–
–
excursies etc.
•
•
procedures m.b.t. het organiseren
van o.a. evenementen binnen de
schoolorganisatie
•
•
de mogelijkheden binnen de school
voor het organiseren van activiteiten
en evenementen
•
•
...............................................
•
•
prioriteiten stellen
•
•
doelen stellen
•
•
een realistische planning maken
•
•
activiteiten formuleren en uitvoeren
•
•
efficiënt werken
•
•
administratieve werkzaamheden verrichten
•
•
rekening houden met de mogelijkheden en
omstandigheden binnen de school
•
•
rekening houden met de haalbaarheid van
je planning en werkzaamheden
•
•
een uitvoerbaar takenpakket samenstellen
•
•
vooruit denken en anticiperen op
ontwikkelingen
•
•
.......................................................
•
•
nauwkeurig
•
•
proactief
•
•
accuraat
•
•
efficiënt
•
•
flexibel
•
•
reëel
•
•
effectief
•
•
realistisch
•
•
...................