Previous Page  16-17 / 182 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 16-17 / 182 Next Page
Page Background

SMOESJES

Geen talent voor techniek,

wetenschap of wiskunde?

geboren

of gemaakt?

GOED BENT IN TAAL OF JUIST IN WISKUNDE OF ZORGEN

LIGT BIJ DE GEBOORTE IN DE HERSENEN VAST OF JE

UW LEERLINGEN ER ZELF VOOR DAT ZE EEN ALFA OF

EEN BÈTA ZIJN? QUEST ZOCHT HET VOOR ONS UIT!

Halverwege de middelbare school scheiden de wegen van alfa’s en

bèta’s. Na de derde klas moeten havo en vwo leerlingen kiezen uit

profielen mét of juist zonder bètavakken. Aan welke kant van de

scheidslijn een leerling terecht komt, kan financiële gevolgen hebben.

Recent afgestudeerde alfa’s hebben het momenteel moeilijk op de

arbeidsmarkt, terwijl technische en medische studies juist prima

vooruitzichten geven op een baan. In hoeverre kunnen we het brein

in een gewenste richting sturen?

GEN STUURT BREIN

De ontwikkelingen van de hersenen wordt op twee manieren gestuurd

door de ouders. Allereerst doordat de aanleg van het brein is bepaald

door DNA, dat bestaat uit erfelijk materiaal. Daarnaast spelen ouders

een belangrijke rol in opvoeding en interesses, net als de rest van

de omgeving. Als ouders dagelijks voorlezen en woordspelletjes doen,

kan dat gunstig uitpakken voor het taalvermogen. Kinderen die veel

puzzelen of bouwen ontwikkelen vroeg een sterk ruimtelijk inzicht.

‘De wetenschap probeert een onderscheid te maken tussen aangeboren

vermogens en aangeleerde vaardigheden’, zegt hersenonderzoeker

Sarah Graham van het Max Planck Instituut in Nijmegen. ‘Dat valt niet

altijd mee’. Gedrag is namelijk voor een verrassend groot deel te ver-

klaren uit de genetische aanleg. DNA bepaalt niet alleen de kleur van

haar of ogen, maar stuurt ook je stemgedrag en het kan beïnvloeden

of je streng gelovig bent of niet. ‘Het gaat om een samenspel tussen

de omgeving en heel veel verschillende genen. 99% van de meer dan

3 miljard letters waar DNA uit bestaat, komt bij alle mensen voor.

Die laatste 0,1% bestaat nog steeds uit miljoenen letters’.

Worden bèta’s

REKENEN OVERLAPT TAAL

Voor rekenen heb je verschillende hersenfuncties

nodig, maar minder dan bij taal, weet Graham.

Kinderen leren vanzelf hun moedertaal terwijl ze

rekenen aangeleerd krijgen. Taal ligt dieper verankerd

in de hersenen dan wiskunde. Zonder de hersen-

gebieden die nodig zijn voor taal, kun je geen enkele

som oplossen. Voor een ingewikkelde rekensom

moet een leerling vooruit kunnen denken en gebruik

maken van het korte- en langetermijn geheugen.

Creativiteit wordt ook vaak toegeschreven aan alfa’s.

Terwijl een bètawetenschapper ook creatief moet

zijn: nieuwe ideeën aandragen en oplossingen voor

problemen verzinnen. Met andere woorden: taal-

en rekenvaardigheden overlappen elkaar voor een

groot deel.

BÈTA IS NIET ENG

Betekent dit dat de ‘pure alfa’ en ‘pure bèta’ niet

bestaan? Graham: ‘De een leert iets gemakkelijker

rekenen dan de ander, dat geldt ook voor taal.

Maar zo groot zijn de verschillen niet. Voor de meeste

mensen geldt: je kunt zelf kiezen welke talenten je

ontwikkelt, mits je gemotiveerd bent om te leren en

op de juiste manier les te krijgen.’ Graham vindt dat

de kloof tussen de twee kampen onnodig groot is en

dat er een onterechte angst heerst voor bètavakken.

‘We zouden kinderen duidelijk moeten maken dat

deze vakken niet eng zijn maar juist interessant en

nuttig in het dagelijks leven’.

Je kunt zelf

kiezen welke

talenten je ontwikkelt,

mits je gemotiveerd

bent om te leren en

op de juiste manier

les te krijgen!

14

15