6.5
Onderzoekend en ontwerpend leren; ondernemend leren
175
Op
mesoniveau
kan beleid zoals in het kader hiervoor is beschreven worden
vertaald naar bijvoorbeeld ontwerpend en onderzoekend leren en/of naar on-
dernemend leren. Deze didactische werkvormen bieden een onderwijscontext
waarin leerlingen betekenisvol (zie ook paragraaf 1.2.2 over Bruner) vaardigheden
kunnen oefenen die belangrijk zijn voor de kenniseconomie (‘21ste-eeuwse vaar-
digheden’). Deze vaardigheden sluiten aan bij nieuwsgierigheid, onderzoekende
houding, exploratie, redeneren en dergelijke.
In de volgende paragraaf leggen we uit dat ontwerpend en onderzoekend le-
ren een belangrijke didactische werkvorm is waarin interactie volgens de talent-
driehoek vorm kan krijgen.
6.5.1
Met onderzoekend en ontwerpend leren de leeromgeving
optimaliseren
Onderzoekend en ontwerpend leren
is een belangrijk pedagogisch-didactisch con-
cept voor het vormgeven van ‘talentontlokkend onderwijs’. Onder onderzoekend
en ontwerpend leren (O&O-leren) wordt doorgaans een werkwijze verstaan waar-
bij leerlingen volgens een cyclisch model (bijvoorbeeld de empirische cyclus, zie
paragraaf 5.4.2) een probleem onderzoeken en hier empirisch getoetste oplossin-
gen voor aandragen. Bij onderzoekend leren is de taak gericht op het verwerven
van inzicht in een of meer concepten, bij ontwerpend leren is het doel gericht op
het oplossen van een (vaak praktisch) probleem. Het concept van onderzoekend
en ontwerpend leren is gebaseerd op varianten die zijn afgeleid van de empirische
cyclus. Van Graft en Kemmers (2007) onderscheiden twee cycli, zie tabel 6.2.
Tabel 6.2
Twee cycli
onderzoekend leren
ontwerpend leren
A1
Confrontatie met fenomeen
A2
Verkennen
A3
Opzetten experiment
A4
Uitvoeren experiment
A5
Concluderen
A6
Presenteren/communiceren
A7
Verdiepen
B1
Probleem constateren
B2
Verkennen
B3
Ontwerpvoorstel maken
B4
Ontwerpvoorstel uitvoeren
B5
Testen en bijstellen
B6
Presenteren/communiceren
B7
Verdiepen
De O&O-taak en de leerling
Belangrijke kenmerken van O&O-taken sluiten aan bij een dynamische visie op
het vormgeven van taken. Doordat het materiaal empirisch kan worden onder-
zocht, wordt gebruikgemaakt van de affordantie van het materiaal. Doordat de
taken gericht zijn op het oplossen van een probleem, wordt de kans vergroot dat